Brief 3: Beri Shalmashi
Lieve lezer,
Mensen met een chronisch eenzaam hart hunkeren naar liefde, ook als ze die eigenlijk al krijgen. Die aandoening maakt ze romantisch en laf tegelijk. De liefde die ze krijgen verzadigt niet. Een schrale troost is dat zij ook maar wat aankloten in het leven, net als andere mensen met andere harten. Pas altijd op dat ze het jouwe niet breken.
Groetjes,
Beri
Dana, hij lijkt ouder dan zijn jaren. Verfrommeld door het leven in een land met littekens van oude oorlogen die constant worden opengereten door nieuwe wonden. Op het dashboard van zijn kakikleurige taxi ligt een mechanisch geweven kleed. Het bobbelt een beetje op de plek waar een Nokia ligt verstopt. Als een leugen die alleen voor degene die hem draagt nog geheim lijkt. Dana kwam laatst thuis en rook naar perzikbloesem uit de gaard van een ander. Hij had de zijne al drie maanden geen water gegeven. Elk weekend maakt hij lange ritten, ver bij zijn werkelijkheid vandaan.
Weg van zijn vrouw en haar moeder en drie dochters die als hongerige vogels gevoerd moeten worden. Zelfs in doodsangst aan het front is hij gelukkiger dan bij hen. Hij vulde een huis met een gezin, maar zijn hart bleef een lege kamer. Een orgaan zonder functie. Een kwab vlees waar het bloed met weerstand doorheen pompt. Dana vult zijn vrije dagen met taxiwerk voor toeristen. Dwalende terreurfetisjisten die foto’s maken van verkeersborden waarop staat welke kant op Bagdad ligt, waar ze nooit zullen geraken.
Dana schoot laatst als soldaat op een vijand zo jong als hij, hij hoopte even dat de ander sneller was. Dat hij zelf ter aarde zou vallen. Want wie dood is hoeft niks meer te kiezen, omdat alles al verloren is. In de vruchtbare tuin van een ander at hij granaatappels, zo rijp dat ze op het punt van barsten stonden. Hij kwam thuis vol lust en leven, met handen waar je het fruitsap nog van af kon likken. Zijn vrouw slikte haar tranen in.
Het landschap geeft zich over aan de schemer. De taxi danst op de rondingen van de heuvels. Als een minnaar die strelend met zijn vingertoppen over het lijf van een dame beweegt. Dana moet kiezen tussen hoofd en tussen hart. Zijn clandestiene Nokia trilt humeurig op het dashboard terwijl zijn iPhone als een discolamp de auto verlicht. De passagiers smiespelen op de achterbank. Dana ziet ze in de spiegel; twee vozende Europeanen. Hij benijdt hun vrijheid en flirt met de gedachte zo onverlet te kunnen zijn.
Hij parkeert de auto langs het hoge gras, aan de rand van het silhouet van de bergen. Daar staat hij, met in zijn linkerhand een iPhone met gebroken scherm en in zijn rechterhand de Nokia met gebroken dromen. In de lucht hangen zilveren puntjes die twinkelen als er een zwoele stem door het oude toestel klinkt. Haar man heeft vermoedens zegt ze. Ze moeten stoppen.
‘Maar jij bent mijn adem,’ zegt hij.
‘Jij bent mijn ziel,’ zegt zij.
Maar hij weet dat haar ziel en de zijne van de duivel zijn als dit niet eindigt. Hier en nu. In het donkere niets langs de kant van de weg. Verslagen loopt hij terug naar de auto. Dana trekt de deur open en gaat zitten. De toeristen schrikken overeind.
Dana stamelt dramatisch in gebrekkig Engels: ‘My life is like Titanic.’ Een mannenstem giechelt vanaf de achterbank. Voor Dana valt er niks te lachen. Hij rijdt door een dikke mist bij zijn leugens vandaan. Met een hand aan het stuur en een andere hand die de Nokia uit het raam sodemietert. Hij gaat naar huis. Zijn geheim klettert op het asfalt. Een vrachtwagen walst eroverheen. En over Dana’s wang kronkelt een traan zich een weg langs zijn stoppels naar beneden.
Beri Shalmashi (1983) is schrijver, scenarist en regisseur. Ze studeerde aan de Nederlandse Filmacademie in Amsterdam, en deed haar master in Utrecht en Los Angeles. Shalmashi geeft les in authenticiteit in film bij de master Resolution aan het Sandberg Instituut. Ze maakte onder meer de voor een Gouden Kalf genomineerde film Mama en onlangs de interactieve documentaire Big Village, over Iraans-Koerdische strijders, waaronder haar eigen ouders, die vanuit de bergen probeerden het regime van Ayatollah Khomeini ten val te brengen. Samen met haar zus schreef ze het kook-en verhalenboek Taste of Home, dat verscheen uit bij Rose Stories.
-
“Mijn verleden is stampvol en overvloedig, mijn heden is mager, en soms voelt het alsof ik geen toekomst heb. Daarom ben ik steeds dingen aan het slijten, mijn balkonhoekje waar ik steeds neerstrijk, mijn sigaretten, mijn rugtas, mijn koptelefoon. Weten jullie dat ik leer om te praten met mijn zorgen? Ik zet een streep door mijn prioriteiten. Vooral om drie uur in de nacht. Drie uur ’s nachts is een punt dat al diep in de nacht is, maar nog steeds ver is verwijderd van de ochtend. Een afgelegen, onbewoond eiland.”
Brief 1: Karin Karakaşlı -
“De laatste maanden loop ik op de maandagen van een tot drie met een grappig klein hondje, een vrouwtje van anderhalf jaar. Op woensdag loop ik van negen tot twaalf met een hond die heel lelijk is om te zien, maar die heel lief is. Op zondag loop ik van tien tot elf met twee bejaarde honden. Als het regent, ruikt mijn woonkamer naar hond, en sommige buren denken dat ik door de lockdown begin te blaffen.”
Brief 2: Rodaan Al Galidi -
“Het landschap geeft zich over aan de schemer. De taxi danst op de rondingen van de heuvels. Als een minnaar die strelend met zijn vingertoppen over het lijf van een dame beweegt. Dana moet kiezen tussen hoofd en tussen hart. Zijn clandestiene Nokia trilt humeurig op het dashboard terwijl zijn iPhone als een discolamp de auto verlicht. De passagiers smiespelen op de achterbank. Dana ziet ze in de spiegel; twee vozende Europeanen. Hij benijdt hun vrijheid en flirt met de gedachte zo onverlet te kunnen zijn.”
Brief 3: Beri Shalmashi -
“Maar voorlopig zitten we hier, in een kale winter die voor sommigen nu al een jaar lijkt te duren. Er wordt ons gevraagd zoveel mogelijk binnen te blijven en misschien moeten we die opdracht maar letterlijk nemen. Onze binnenwereld in, het netwerk van talloze wezens verkennen die ons maken tot iets dat wij ‘zelf’ noemen. I am large, I contain multitudes, schreef de dichter Walt Whitman. Ik vind deze winter troost in die woorden.”
Brief 4: Marjolijn van Heemstra -
“Als huismus was ik aanvankelijk verguld met de lockdown. Ik kocht een ringlamp voor mijn Zoom-sessies. Ik modereerde zoveel online panels dat, wanneer vrienden me offline zagen, ze opmerkten dat ‘ik er anders uitzag zonder mijn koptelefoon.’ Maar wanneer je teveel navelstaart vergroeit je ruggengraat. Een vriend raadde me aan om te gaan wandelen in de natuur…”
Brief 5: Alfian Sa'at